De eerste twaalf jaren

Wat herinner je je nog echt van die allereerste jaren? En wat denk je je nog te herinneren?
Ik denk dat ik me kan herinneren dat ik op de tafel in de huiskamer lag om verschoont te worden en dat ik daarbij recht in de lamp keek die boven de tafel hangt. Eigenlijk denk ik dat ik me alleen die gloeilamp herinner. Ik moet dan dus hoogstens twee jaar geweest zijn?
Ik kan mij (weer: denk ik) flarden van de oorlog herinneren. Ik denk dat ik nog weet dat ik op de arm van mijn moeder voor het raam van de voorkamer stond, te kijken naar het bombardement van het centrum van Eindhoven.

Verder herinner ik mij toch vooral een onbezorgde en prettige jeugd. We leefden "op straat", want er was nog geen TV. Nou ja... op straat wil zeggen: vooral op de paden en paadjes achter de huizen. Daar speelden we natuurlijk cowboy en indiaantje (met stukjes hout uit de heg als echte pistolen), deden we de geijkte spelletjes (knellen, landje pik, knikkeren en kaartspelletjes met zelfgemaakte kaarten enz.), ik vliegerde graag (knipvliegers kon ik zelf maken, voor de plakvliegers deed ik een beroep op de jongens van Tappels, die ook op het pleintje woonden), kortom, we vermaakten ons best.
Ik denk dat ik me onderscheidde van de andere kinderen doordat ik veel las. Vooral de boeken van Karl May (Winnitoe en Old Shatterhand), maar wat later ook al wat serieuzere boeken, die ik bij de bieb haalde. Ik herinner me nog heel goed dat ik "De Kleine Johannes" niet mee kreeg; dat zal wel op de verboden lijst van de pastoor hebben gestaan.

Naar de huidige maatstaven gerekend waren wij arm. Dat realiseerden wij ons niet, iedereen op ons pleintje had dezelfde problemen. Ons moeder zat hele avonden achter het Singer naaimachine om voor ons kleren te maken/herstellen of zo iets. Het is één van mijn sterkste herinneringen dat ik 's avonds vlakbij het aandrijfwiel van die machine ging zitten als ons moeder via de trapper dat wiel liet draaien.

Op het Gerardusplein was de kleuterschool van de zusters. Natuurlijk ging ik daar naar toe en natuurlijk herinner ik me dat je voor straf op de donkere gang moest staan, boven aan de trap. Dat gebeurde mij nog al eens.

Het was de tijd van de verwondering voor ons als kinderen. De Engelse (?) militairen waren vertrokken, hun auto's hadden langere tijd in de Leostraat gestaan. Er was opwinding: de geluidsbarriere werd doorbroken. Uren stonden we naar de lucht te staren en elkaar te overbluffen met nòg sterkere verhalen. De atoombom was een hot item, vooral na dat hoorspel (of 1 april grap) waarin we werden geadviseerd om op het trotoir te gaan zitter als die bom zou vallen.

De katholieke kerk en de clerus beinvloedde ons leven ook. Eigenlijk mochten we op de radio alleen naar de KRO luisteren; het liefst alleen naar pater de Greeve met zijn Bond zonder Naam. Die hadden ook elke maand een spreuk, die ons moeder trouw ergens tegen de muur hing. De kerk vond ook dat de padvinderij een anti-katholieke beweging was, dus richtte ze een soortgelijke jeugdbeweging op: de Rakkers! In plaats van het Jungleboek, dat het thema voor de welpen was, gebruikten zij het verhaal van Nils Holgerssons wonderbare reis (Selma Lagerlöf).
Knap menneke hè?
Lagere school
Natuurlijk ging ik, ná de kleuterschool (ja, zo heette die nou eenmaal toen), naar de lagere school (nu: basisschool o.i.d.). Zoals alle jongens uit de buurt naar de Gerardusschool in de Orchideeënstraat), volgens mij was er niet eens een keuze.
De enige andere school die ik me herinner was de Tartitiusschool op het Balsemienplein, waar we wel eens mee gingen vechten.
De Gerardusschool
Natuurlijk herinner ik me de lagere school van meester van Rooij (de hoofdonderwijzer). Meester van Rooij was helaas bevriend met mijn opa, en ze waren allebei zanger in het kerkkoor. Dat wilde dus zeggen dat elke kleine of grote misstap onmiddellijk bij opa gemeld werd, die dat dan weer doorbriefde aan mijn vader. In die tijd waren lijfstraffen nog relatief gewoon, ook op school. Als je daar thuis iets van zei dan was de reactie: "Dan zalde 't wel verdiend hebben".
Groot verschil overigens tussen de leraren ("meesters"). Ik herinner me mijnheer Broos (1ste klas), van Loon (2de klas),  Bressers (3de klas), de Win (4de klas) en Cremers (5de klas). Vooral aan die laatstgenoemde heb ik goede herinneringen. Naar de zesde gingen alleen de kinderen die geen vervolgopleiding gingen volgen. Die klas werd door meester van Rooy zelf geleid. En naar school ging je in die tijd niet over straat, maar door de paadjes. Wie meer wil weten over die school; er is een heleboel informatie op de site van Eindhoven in Beeld.